Het staal zit me te strak om de pols. De rammelende kettingen slaan mijn ontblote lijf bont en blauw. Het gebrek aan slaap en ontspanning slijten mijn lichaam. Vervlogen droombeelden van ooit mogelijke, nu ondenkbare toekomsten slijten mijn geest. Mijn ingezakte ogen turen wat rond: De reclames met hun impliciete beloften van geluk, de dure schoenen van de baas, de minnekozende koppels door het moment vastgegrepen, deze beelden dwingen me nu alleen tot haat. Mijn tong is zo droog geworden dat niks mij meer weet te smaken, behalve de waterige zwarte senseo, het liefst de sterkste. Mijn oren zijn zo vervreemd geraakt dat de elektronische shiftwisselbeltoon mij tot de mooiste muziek is geworden. Mijn huid begeert geen menselijke aanraking meer, het neemt al genoegen met het stof van mijn dekens. De geur van mijn eigen zwetende lijf is me zo eigen geworden dat mijn neus parfum voor zwavel waarneemt. Ik weet zeker dat ik kanker heb, ik weet echter nog niet waar het zich in mijn lijf bevind.
Ik vertoon mijn wallen, het ilt op mijn handen, zelfs de boeien en kettingen aan de wereld. Ik ambieer hier geen actie te ontbieden, dit is geen roep om hulp, almachtig wie zal mij verkiezen te helpen boven alle naakte, vermoeide en hongerige donkere massa's van deze wereld? Nee ik vraag begrip, niet meer dan erkenning van de zaak. Ik wil weten of ik mezelf in de spiegel waarachtig heb herkend, dat ik geen waanideeën heb. Of mijn ketens wel echt zijn. Ik kan toch niet de enige zijn die zo het leven ervaard? De wereld zwijgt even, er was iets aan de hand aan de andere kant van de zee wat even haar hele bevolkings aandacht benodigde. Na een poos merken ze mijn verschijning gelukkig op en beginnen mij aan te spreken.
"Och man, kijk niet zo zwart! Als je volhard en je loyaliteit bewijst promoveer je zelfs , de boeien worden dan met maar liefst vijf millimeter minder nauw om je polsen gebonden."
"Och Douglas ben je zeker niet, je hebt zelf voor deze ketens gekozen, je kan ook gewoon andere ketens kiezen, we hebben zelfs een overschot aan ze, je kan tegenwoordig ook gouden boeien nemen of er een leuke tekst in laten graveren!"
"Och je moet inzien dat je niet leeft in je boeien maar door je boeien. Je knecht jezelf om te leven! Na vijfen worden ze afgenomen en als je dan nog het fut hebt kan je doen wat je wil, zolang je ze maar weer de volgende ochtend om negen uur omdoet!"
Vlak daarna had een staatsman in een land dat ik nooit bezocht heb en niet begeer te bezoeken iets gezegd wat door sommigen als controversieel beschouwd kan worden en alle ogen verlieten mij vlugger dan een vonk doven kan.
Één grijze man had mij nog wel in het vizier, het zien van mijn vermeende leed had hem zichtbaar woedend gemaakt en ik was er van overtuigd dat ik mijn eerste kameraad gevonden leek te hebben. Echter zakte al mijn hoop in toen de brulaap zijn mond opentrok.
"Jij moordenaar, radicaal! Als jouw volk zijn zin krijgt dan is iedereen in ketenen! Jij wilt dat ieder evenveel lijdt als jezelf en in jouw vernieling van ons verlicht leven trek je alles wat ons dierbaar is mee de dood in!"
De grijze brulaap rende met gebalde vuisten op me af, nu durfde ik eindelijk pas om hulp te vragen maar daar was het inmiddels te laat voor. Een Amerikaanse popstar had namelijk net een videoclip uitgebracht waar een overmatige hoeveelheid naaktheid in te zien was wat de werelds visie en discussie op dit moment meer waard bleek te zijn.
De vuist reikte naar mijn onderbuik.
De klap kwam erg hard aan, ik vermoed dat daar de kanker zit, ik denk dat ik morgen maar de beste huisarts ga bellen in mijn lunchpauze.
Ja ik weet het zeker, ik leef in ketenen, mijn leed is gelukkig geen waan, dank God, ik had al geen idee waar in mijn weekplan ik die therapiesessies kwijt had gekund.
Tuurlijk zitten mijn ketenen strak, zelfs als ze me zijn afgenomen voel ik de pijn nog in mijn lijf. Ik ben gelukkig wel tot inzicht gekomen: Ongeknecht zal ik niet gauw worden en dat doet me zeer echter weet ik nu dat ik nooit meer fronsen moet, nooit meer janken en wat ik ook doe mijn ketenen niet vertonen moet.
Ik ben nou eenmaal liever verbonden dan verketterd.